Ref:
Date:
Location:
Photographer:
Blog

A silk route through Africa (4)

Article text
Kroatie; Loden tijden, gouden mensen (2)

Tijdens de rit naar de meren van Plitvice was het me al opgevallen. Een vleug van diesellucht die zo nu en dan via de ontelbare kieren en gaten van Edna via het dashboard de cabine in drijft. In eerste instantie vermoedde ik een klein lek aan het opvoerpompje maar na een korte inspectie onder de motorkap viel er behalve wat vocht onder de aansluiting van het onderdeel niets te ontdekken. Ook bij de diverse leidingen was er van enige lekkage geen sprake. Enfin, eerst maar eens het park van Plitvice bezoeken, daarna zien we wel verder.

Het is Zaterdag en voor beide ingangen van het park is het afgeladen vol met toeristen en dagjesmensen. Niet zonder reden want de kleuren van de meren, de watervallen en de bergen er omheen lijken gecreëerd door een geest met een enorm fotobewerkingsprogramma. Ondanks de miljoenen selfie-sticks, de nauwkeurig aangelegde paden en de Babylonische kakofonie om ons heen blijkt het bezoek aangenaam verrassend. En ach, “de massa die u zo veracht, is immer één groter dan u dacht.”

De weersverwachting voor de komende dagen is weinig opbeurend en we besluiten verder Zuidwaarts te rijden richting Split, op zoek naar warmte. Na een korte stop bij een pompstation is er duidelijk een dikke zwarte vlek onder Edna waarneembaar maar nog steeds kan ik de bron van de lekkage niet vaststellen. Tijdens een lange vermoeiende rit wordt de dieselwalm sterker en tegen vijf uur ’s-middags is de concentratie koolwaterstoffen in de LR zo hoog en mijn suikergehalte zo laag dat we besluiten een hotel of pension te gaan zoeken. Dit blijkt lastiger dan gedacht en pas in de avond rijden we het stadje Sinj binnen. Met het hotel “Matanovi dvori” waar we stoppen is iets merkwaardigs. Aan de zijkant is een grote ingang maar daarboven prijkt het bord met de naam “Ohra et labora”. De inzettende regen geeft het geheel een treurige aanblik. “Ja, wir haben Zimmer,” zegt de hoteleigenares Anke met een dik accent. “Wenn Sie möchten können Sie Gucken...” In de lobby, annex bar, annex eet ruimte hangt een vreemde geur, een mengsel van zware parfum, sigarettenrook en zoetigheid.... “Mevrouw Willemsen!” denk ik.

Zondagochtend vroeg besluit ik na een vlug ontbijt een uitgebreid onderzoek te doen naar de herkomst van de lekkage. Omdat er bij de receptie nog niemand van het hotel is te zien loop ik even om naar de ingang van ‘Ohra et labora’ om tot mijn stomme verbazing een aantal zeer bejaarde in nachthemd gestoken dames tegen het lijf te lopen. Ze krijsen iets in het Kroatisch naar me en een uit een zijkamer verschijnende verpleegster in wit uniform maakt duidelijk dat dit niet het hotel is maar dat ze wel even voor mij belt. Op de parkeerplaats voor ‘Ohra et labora’ daalt de regen met emmers neer en ik vraag Anke of zij wellicht een garage of tenminste een plaats met een overkapping weet. “Nein,” antwoord ze, “aber vielleicht mein Sohn Dennis...”

Dennis, een jonge man, begin dertig, donker haar met een baardje is zeer behulpzaam. Naast het hotel staat zijn huis waar hij woont met zijn vrouw Josephika en hun twee kinderen Maarten en Marcella. Opzij van de woning is een betonnen vloer met een afdak waaronder een aantal langgerekte tafels en stoelen staan. Na wat schuiven is er ruim voldoende plaats voor een uitgebreide inspectie en eventuele noodreparatie aan de LR. Zelfverzekerd, er van uitgaand dat dit een simpele klus gaat worden open ik de motorkap en met assistentie van Dennis die helpt met bijlichten loop ik één voor één de mogelijke lekkage-bronnen na. Bij lopende motor wordt al snel duidelijk dat het probleem zich ergens bij de hoge druk dieselpomp bevind. “Misschien heeft de pompdeksel een haarscheur?” oppert Dennis. Ongelovig kijk ik hem aan. Ten eerste is de hoge druk dieselpomp van het merk ‘Bosch’, een stukje hoogwaardige techniek dat de naam heeft nooit te falen en daarnaast ben ik verrast door de stelligheid waarmee hij de bewering doet. Alsof híj er verstand van heeft...

Dat blijkt inderdaad het geval. Dennis is vroeger automonteur geweest en kent diverse dieselmotoren van binnen en buiten. Daarnaast heeft hij van zijn vader een oud vrachtwagentje geërfd van merk ‘TAM’, een type dat nog werd gefabriceerd in de periode van de Federale republiek van Joegoslavië, ook op diesel. Bescheiden doe ik een stap terug en nu licht ík Dennis bij. Anke moppert dat hij zijn zondagse kleren vuil maakt en dat hij zich moet omkleden... De stroom druppels onder de hoge-druk pomp zijn nu duidelijk zichtbaar en ik reken uit dat er onderweg minstens 10 liter verloren is gegaan. Met het oog op eventuele reparaties bij panne onderweg heb ik ettelijke kilos aan alle mogelijk denkbare reserve-onderdelen en gereedschap gepakt. Niet voor deze pomp welke de brandstof oppompt naar ca. 300 atmosfeer want zoals gezegd heeft deze de naam nooit stuk te gaan Bovendien is een eventuele reparatie hiervan serieus gespecialiseerd horlogemakerswerk. “Of hij een dieselpomp specialist kent?” vraag ik Dennis. Jawel, die kent hij wel “aber es ist Sonntag...” Er zit niets anders op dan de volgende dag op pad te gaan en er vandaag in Sinj maar het beste van te maken.

Toevallig blijkt het deze Zondag heilige communie dag te zijn, een gelegenheid die in Kroatië uitgebreid wordt gevierd met enorme hoeveelheden eten en gebak met limonade voor de kinderen. De dochter van de zus van Josephika heeft net háár eerste communie gedaan en het feest wordt bij Anke in het hotel gehouden. Oma, ooms, tantes, en vrienden wandelen één voor één binnen om te feliciteren en het is opvallend hoe chique –om niet te zeggen sexy- de dames zijn gekleed op torenhoge stiletto's voor een kinderfeest.

Als we rond het middaguur in verband met de regen die niet ophoudt in de naastgelegen eetruimte zitten te lezen besluit Anke dat het lunchtijd is en serveert ons kippensoep en “Kroatische Sauerkraut” met rundvlees. Vegetariër zijn in Kroatië is een uitdaging... Terwijl we ons tegoed doen aan de het eten verteld Anke dat haar man enkele jaren geleden is overleden en dat het runnen van het hotel voor haar alleen teveel werd. Daarom heeft ze een deel van het hotel laten verbouwen tot bejaardentehuis. Het huis, ‘Ohra et labora’ dat gemanaged wordt door Dennis en Josephika biedt haar naast het nu veel kleinere hotel voldoende inkomsten om van rond te komen.

“Sinj” dat, getuige de brochures en posters, een bloeiende traditie van ringsteken hoog houdt, wat jaarlijks duizenden belangstellenden trekt is bij ons bezoek na de middag een treurige vertoning van oorverdovende saaiheid. Er loopt nauwelijks iemand op straat. Ook hier zijn sporen te zien van een bittere oorlog. Tijdens onze wandeling lopen we langs enkele huizen waarvan de voordeur is versiert in verband met het communiefeest van een zoon of dochter. Een vrouw met een grote doos overgebleven gebak passeert ons, houdt staande en biedt ons vervolgens aan iets lekkers uit het rijke assortiment van zoetigheid te kiezen. Ook ’s-avonds bij terugkomst in het hotel is er “Schweinhals” en een massa aan overgebleven gebak voor ‘t diner.

De maandag ochtend begint met paniek. Eén van de oudjes in het naastgelegen bejaardenhuis is onwel geworden. Dennis en Josephika haasten zich naar naastgelegen gebouw waar de aanwezige verpleegsters zich reeds over de persoon in kwestie ontfermen. Het blijkt gelukkig loos alarm. Pas dan kunnen Dennis en ik ons naar de 10 km verderop gelegen dieselpomp specialist begeven. Mijn scepsis over de kunde van de laatstgenoemde is verdwenen als ik het uithangbord “Bosch Service Matas” en de uitermate goed geoutilleerde werkplaats en testfaciliteiten zie. De monteurs die bij “Matas” werken zijn buitengewoon kundig en zeer vriendelijk maar verstaan geen woord van wat ik zeg. Dennis legt hen uit wat het probleem is. Ivan Matas, een autoriteit uistralende man, begin zestig, kalend hoofd met een klein brilletje is een zeer ervaren specialist die de zaak heeft overgedaan aan zijn zoon Ante. Formeel heeft Ante nu de leiding maar vader Matas is nog volop aanwezig. Hij knikt begrijpend en zegt dat de hele reparatie ca 3-4 uur in beslag zal nemen. Eén van de monteurs –ook Dennis genaamd- heeft een lichte spierafwijking waardoor hij tijdens het sleutelen wat met zijn hoofd heen en weer schudt. In eerste instantie realiseer ik me dit niet en denk geschrokken dat de hoge druk pomp total-loss is als hij hoofdschuddend begint met het uitbouwen van het onderdeel.

Dan blijkt er echt een probleem: om de timng van de motor te fixeren en de pomp uit te bouwen is een speciaal stuk gereedschap nodig die in de werkplaats niet beschikbaar is. Er wordt voorgesteld de complete distributieriem met deksel te demonteren maar dit gaat zeker een hele dag duren! Terwijl ik naarstig probeer om telefonisch hulp te krijgen van een bekende LR specialist in Nederland blijft “Dennis-2” de kalmte zelve en improviseert met een aantal M10 bouten en wat tie-wraps in een handomdraai een special tool... De pomp wordt verwijderd en in de werkplaats in hoog tempo volledig gedemonteerd. Een indrukwekkende hoeveelheid veren, klepjes, stangetjes, kogeltjes en diverse behuizingen vullen nu de werkbank. Het probleem blijkt slechts een lekkende “O-ring”. “Dat gebeurd om de 150.000 Km,” verklaart één van de monteurs droog. Aan het eind van de dag is de pomp volledig schoongemaakt en gereviseerd en ziet het geheel er werkelijk als nieuw uit. Het eindoordeel over iedere gereviseerde pomp is steeds aan Ivan die –ik noem hem de professor- het onderdeel persoonlijk in een test apparaat monteert om te controleren of de opbrengst van de pomp per cilinder in lijn is met de Bosch specificaties. Af en toe kijkt hij met gefronste wenkbrauwen over zijn kleine bril omhoog naar de diverse meters en trekt daarbij z’n bovenlip op. Tevreden tekent hij tot slot het controle rapport af en de pomp wordt weer teruggeplaatst in de LR. De 300-TDI motor spint weer als een tevreden kater, alleen moet ik wat wennen aan het geluid ervan. Het toerental van de dieselpomp is nu stationair afgesteld op de –correcte- waarde van 750 toeren per minuut in plaats van de 600 t/m waar Edna eerst liep. Voor de gehele revisie moet ik een bedrag neertellen waarvoor in Nederland waarschijnlijk enkel de diagnose zou zijn uitgevoerd.

’s-Avonds in het hotel heeft Anke als diner heerlijke ‘selbstgemachte Schinken, selbstgemachte Wurst, Käse und Salat aus Garten, ganz einfach” afgeblust met een glas “selbstgemachte Grappa”. Voor het eten rekent ze niets en als we de volgende ochtend vertrekken krijg ik een fles van het sterke zelf-gedestilleerde vocht mee in een fles met schroefdop. Op het etiket staat de naam van de oorspronkelijke inhoud: “Kutjevo”. Een term die ik in het vervolg gedurende deze reis bij iedere toast zal gebruiken: “Proost, Kutjevo!”

ard-van-gerdijk@hotmail.com